woensdag 7 juni 2017

Eeuwig.

Eeuwig.

straatje waar zij niet staat,
steentje die niet breekt/kraakt
of ketst tegen een pui of
raam, weerspiegeld alles behalve
haar en het licht dat van alles
ook haar rok niet raakt
geen schaduw valt er om
haar lichte blonde haar en
rok die niet dansen op 'briesje
wind die vlaagt niet over ons

kijkt niet naar  die niet terug staart
liefde die het hart niet raakt,
geen poorten en onbewaakt
niet aan en nooit uit
ontwetend zijn de ogen
van de blinde maar een
ontwetend is de

mond die de lucht zo teder kuste
de dromen proeft, die je nooit
zal temmen of de smaak zal proeven
 van je lusten.geen hoofd die nooit lande in mijn schoot,
kwam nooit ten ruste. geen hand die streelde
of mij suste. en nooit en tevergeefs zocht
en  nooit wat heeft gevonden.niet wetend wat er miste.


geen voorpret''ze is straks naakt''
niet innemend slikken
 als ze pal voor je staat.
Niet die blik, geen vlinder in je buik
geen knipoog, geen oogwenk,niet op tijd
 te vroeg of te laat. geen nu of (n)ooit of een

stem die mij niet vraagt om
hartstocht zonder vleugels,
 nooit gevallen in de ander
die mij nooit niet draagt. geen oerschreeuw
geem kleine mini wij'tjes.
enkel de stilte daar
niet willen vluchten, geen huis
nooit thuis of komen in haar
knuffels, alle goudblonde haren
waaien niet om mijn heen
niet samen maar alleen een


golf die de kust niet slaakt
pluk de dag, niet alle dagen.
niet heel maar half omvergeslagen
smetteloos, laat het hartje maar
onverslagen niet zitten, staan of slapen
geen dag of uur of maand of jaar
niet in elkaar gevlochten of
verticale dansen op
het donderen der nachten,
niet brullen van het lachen.

tot tweespalt gadeslagen, de helft is weggeslagen,
de tranen  blijven uit je ogen. als alle zomers die
genadeloos vervlogen.

0 reacties:

Een reactie posten