vrijdag 16 mei 2014

 Half/heel/half

Daar ik een vermorzeld mens ben, liefste
Leg ik me behoedzaam neder
En tracht in het gebied dat ik verken
Geen sporen na te laten.

Mijn razernij lijkt afgelopen,
Ik zwijg, ik leer begrijpen:
Terwijl de zomer in ons loeit
Hoor ik de herfst zijn sikkel slijpen:

Mijn lichaam laaft jou even,
Verdrijft je uit je enge cel
Naar een terrein van louter beven
Dat ook mij verovert in mijn vel,

maar u zwijgzaam lijden.
Uw warme wreker –sereen-
daar hier en/of ginder.
Alleen en alleen.

0 reacties:

Een reactie posten